Schandpaal 'Kaak'
Op het Heuvelplein staat ‘De Kaak’ , ofwel een schandpaal. Het is een onderdeel van de wandelroute ‘Recht en Orde’, die is uitgezet in Beek en Donk. De wandelweg wil onder andere tonen, hoe in vroegere tijden recht werd gesproken in onze streken.
Het oude gemeentewapen
Het houtsnijwerk stelt het oude gemeentewapen van Beek en Donk voor met daarboven als beschermengel de heilige Michaël. De beide Beek en Donkse gilden hebbeb gebroederlijk dit pronkstuk te ‘onthult’. De schandpaal is een getrouwe replica van de palen, die in bijna alle belangrijke plaatsen stonden.
‘Aan de kaak gesteld’
In de 17e en 18e eeuw was Beek en Donk een hee…
Op het Heuvelplein staat ‘De Kaak’ , ofwel een schandpaal. Het is een onderdeel van de wandelroute ‘Recht en Orde’, die is uitgezet in Beek en Donk. De wandelweg wil onder andere tonen, hoe in vroegere tijden recht werd gesproken in onze streken.
Het oude gemeentewapen
Het houtsnijwerk stelt het oude gemeentewapen van Beek en Donk voor met daarboven als beschermengel de heilige Michaël. De beide Beek en Donkse gilden hebbeb gebroederlijk dit pronkstuk te ‘onthult’. De schandpaal is een getrouwe replica van de palen, die in bijna alle belangrijke plaatsen stonden.
‘Aan de kaak gesteld’
In de 17e en 18e eeuw was Beek en Donk een heerlijkheid. Eén van de rechten die de heerlijkheid Beek en Donk bezat was de lage, middelbare en hoge jurisdictie. Dit wil zeggen dat de schepenen van de heerlijkheid recht mochten spreken en vonnissen mochten wijzen in strafzaken, zowel in lichte zaken zoals diefstal, vechtpartijen, landloperij enzovoorts, maar ook in ernstige zaken als moord en
doodslag. Als een verdachte van minder ernstige misdrijven schuldig werd bevonden, werd hij naast verbanning uit de heerlijkheid en geseling vaak ook veroordeeld tot een verblijf aan de kaak. De kaak was een achthoekige eikenhouten paal waaraan ketenen zijn aangebracht en was opgesteld op een “plaatse voor het raadhuis op het heuvel waar men gewoon is regt te doen”.
Een veroordeelde werd een bepaalde tijd ‘aan de kaak gesteld’ (aan de paal vastgeketend). De dorpelingen mochten op alle mogelijke manieren de veroordeelde pesten. Dit kon gebeuren door deze met rot fruit te bekogelen, of door uitschelden.